DEUREN OPEN, DEUREN DICHT - zaterdag 19 september 2015

Je kunt de mensheid op vele manieren indelen. Mannen en vrouwen, oud en jong, nationaliteit, huidskleur en noem maar. Dat indelen kan afkeuring oproepen, maar het is wel handig. Aristoteles leerde ons dat categorieën maken meer inzicht geeft in de wereld.

Eén onderverdeling krijgt te weinig aandacht: tussen de mensen die deuren openlaten en mensen die deuren sluiten. Ikzelf, gevoelig als ik ben aan tocht, behoor tot de laatste categorie. In de winter vervaagt het onderscheid tussen beide categorieën, het aantal deurensluiters groeit naarmate de temperatuur daalt; in de zomer echter is de kloof tussen beide soorten veeleer diep en heb ik het gevoel tot een minderheid te behoren. Buitendeuren en binnendeuren staan de hele dag open. Maar zelfs in de donkerste winterdagen kan ik het spoor van mijn kleindochter door het huis volgen aan de hand van de openstaande deuren. Voor een goede collega van me, die samenwoonde met zijn oude vader, was ‘deur open, deur dicht’ permanent onderwerp van gesprek.

Wat zit er achter dit te weinig opgemerkt en toch interessant gedragspatroon? Wie zijn ze, de deurensluiters, de deurenopeners. Wat drijft hen, waar hopen ze op, wat jaagt hen vrees aan?

Mensen die deuren sluiten zijn zeker bang voor tocht en ongedierte. Ze willen overzicht, ze willen orde. En ook: veiligheid eerst. Dingen moeten gebruikt worden waarvoor ze zijn gemaakt. De natuurlijke staat van een deur is dat ze dicht is. Anders had je geen deur nodig. De ene kamer dient hiervoor, de andere daarvoor, alles moet niet door elkaar lopen. Deze mensen willen het gezellig houden, onder ons, de binnenwereld afschermen van de buitenwereld. Kacheltje aan, kousenvoeten, boekje, quizje op tv.

Wie de deuren open laat, houdt van frisse lucht. Niet alleen daarvan, ook van onverwacht bezoek. Gastvrij en warmbloedig, aan muggen en zo wordt niet te veel aandacht besteed. Wat zand en binnenwaaiend stof nemen we er ook wel bij. Een deur hoeft niet toe te zijn als daar geen reden voor is, een open deur geeft een gevoel van ruimte en vrijheid. Je kunt zonder moeite en zonder lawaai van de ene kamer in de andere, je huis lijkt dubbel zo groot. En het spaart energie, niet altijd die deur achter je te moeten sluiten.

Ik ben een deurensluiter, mijn lieve echtgenote een deurenopener. Bij ons is het dus een beetje van beide. Wat ik sluit, doet zij weer open en omgekeerd. We verspillen er geen woorden aan. Niemand is perfect. Een beetje veiligheid, een beetje gastvrijheid, het beste van twee werelden.


Terug naar de vorige pagina >