NUMMERS - zondag 16 juli 2017 |
Wachtzalen geven me altijd stress.
Niet wegens het wachten
zelf, maar om het uitmaken wanneer het mijn beurt is. Herken je het? Je komt
binnen in de wachtzaal, twintig paar ogen kijken je nieuwsgierig aan, je
mompelt iets van 'hallo', hier en daar knikt iemand terug. Al die mensen hebben
hun beurt voor je, en het komt er nu op aan het gezicht van de volgende die
binnenkomt goed in je hersens te prenten, want dat is je enige houvast – als
die naar binnen gaat en jij zit daar nog, heb je een probleem. Na een halfuur
ben ik meestal vergeten wie dat was – er zijn er altijd twee die op elkaar
lijken - en begint de stress.
Ik dank de hemel dus voor volgnummers. Wat een klaar en
duidelijk systeem: je neemt je nummer, je gaat volkomen ontspannen zitten,
leest een magazine, maakt een praatje met je buurman of kijkt wat door het
raam, je moet niets onthouden, je moet helemaal niets dan wachten tot je nummer
op het scherm verschijnt en je recht in je schoenen het kabinet mag binnenschrijden.
Vroeger had ik die stress ook bij de bakker op zondag. De
hele winkel vol, veel mannen in trainingspak en op slippers, de meesten diep
verzonken in gedachten of in het gratis zondagskrantje. Een praatje kon niet,
voortdurend kwamen nieuwe klanten binnen, iedereen liep door elkaar – je moest gokken
wanneer het jouw beurt was. Tot de bakker besloot een nummertjesmachine te
plaatsen. De wereld van zondagochtend veranderde, iedereen tevreden, allemaal
gelijk voor de wet, een praatje kon nu gemakkelijk, een vriendelijk woord lag
op ieders lippen, het wachten op je beurt was een plezier.
Helaas, een perfecte wereld bestaat niet. Ik moest deze
zondagochtend ontdekken dat het systeem toch complexer was dan ik dacht. Er
bleken namelijk mensen te bestaan die helemaal geen nummertje moesten nemen,
maar direct bediend werden, volgens regels die ik niet kende. Ik dacht: kijk,
zo gaat het nu eenmaal. Iedereen is gelijk voor de wet, maar de ene kent de wet
veel beter dan de andere – en de gaatjes in de wet – en dat maakt een boel
verschil. Wie slim is, erft de wereld, voor hem gaan alle deuren open. Eigen
schuld dikke bult, zeg maar, moet je ook maar slim zijn, en daarbij, iedereen
wordt geacht de wet te kennen.
Aan de andere kant: de tijd en de energie die je daarin
moete steken, is zoveel beter te gebruiken: een wandeling in de zon, een goed
boek, in de tuin schoffelen. Ik ga de bakker niet lastigvallen, ik schik me, ik
laat ze voorgaan, deze verstandige mensen die de snelweg naar de broodjes
hebben gevonden, ik wens ze een fijne zondag toe, en hoop dat ze bij het
genieten van hun croissant ook even denken aan mij, die nog altijd met het
nummertje in de hand en de glimlach op lippen, volkomen stressvrij, wacht op het
verschijnen van het verlossende getal.